Terug naar het verleden
Het ontstaan van de Amsterdam Canal Hotels
De Gouden Eeuw
Tijdens de Gouden Eeuw (in de 17e eeuw) werd Amsterdam één van de belangrijkste handelscentra van de wereld. De bevolking van Amsterdam verdubbelde van 30.000 naar 60.000 in de korte periode tussen 1570 en 1600. Deze uitbreiding resulteerde in de aanleg van de wereldberoemde grachtengordel terwijl de bevolking bleef groeien. In 1670 woonden er maar liefst 220.000 mensen in de stad.
De grachtengordel, bestaande uit vier hoofdgrachten - Singel, Herengracht, Keizersgracht en Prinsengracht - was bedoeld voor de rijkste inwoners van Amsterdam. De onderklasse werd uit de grachtengordel geweerd vanwege de omvang en de prijzen van de gebouwen daar. Omdat de kavels duur waren en er een verbod op de aanleg van stegen was, was het voor armere bewoners onmogelijk om kleinere gebouwen neer te zetten. Daarom zijn alle grachtenpanden vlak naast elkaar gebouwd.
Bovendien werden de hoofdgrachten: Herengracht en Keizersgracht, uitsluitend gebruikt voor woningbouw. Commerciële activiteiten waren in deze woningen niet toegestaan. Pakhuizen en bedrijven, zoals bierbrouwerijen, waren te vinden aan de Prinsengracht.